Op de Hoodonck te Strijbeek
Waar ligt de Hoodonck?
Zo te zien is het voorste deel van recente datum. Het achterste deel heeft een ouder karakter. Bijzonder is de windvaan van boer met paard en ploeg.
Hoe ben ik daar terecht gekomen? De naam lijkt er wel wat op, maar is niet hetzelfde.
Helemaal zeker ben ik er ook niet van. Hieronder mijn zoektocht.
Op 2 manieren kom ik hierbij uit.
Adriaan Cornelis Meeren
Hij is mijn directe voorvader. Hij is gedoopt op 9 april 1763 in Ginneken, en overleden in Minderhout in 1831.
Ik kom hem tegen in een boekje, dat ik in de kast in het Stadsarchief Breda zie staan. Er zit geen toelichting in, het is alleen een lijst.
De titel van het boekje bevat jaartal 1816. Dit boekje is een concordans, ofwel een soort index. Er zit geen toelichting of verklaring in, ook niet van welk jaar het is.
Op de 1e bladzijde staat: op huisnr, maar bijgeschreven: Perceelnummer, en dat lijkt me correct.
Op bladzijde 70 vind ik Adriaan Cornelis Pieter Meeren in Strijbeek. Er staat: art. 190, gaat naar art. 128c.
De weduwe Anna Hoppenbrouwers staat op dezelfde perceelnummers. Er staat: art 128c, komt van art. 190.
Ik denk aan wat we nu een woningruil zouden noemen.
Mieke, medewerker bij het Stadsarchief, vindt de inventaris waar de index betrekking op heeft:
Artikel is in het kadaster een overzicht met alle bezittingen van een eigenaar. Dat is hier ook zo. Het is hier een nummer van een alfabetische lijst, met daarbij alle percelen.
Adriaan heeft hier nummer 190, en dat nummer komen we op het indexboekje ook tegen. Op het rechtse blad vind ik Anna, met nummer 128c, met dezelfde perceelnummers.
Perceel 246 heeft 5 deuren en vensters, en 247 heeft er 3.
De vermelding in het boekje: van 190 naar 128c, en andersom, slaat op de overboeking van het eigendom. Bij Adriaan staat in de kolom : “Verwijzing voor de overboekingen der eigendommen” 128c, ofwel: de percelen zijn eigendom geworden van 128c, ofwel Anna Hoppenbrouwers. Hij staat ook doorgestreept.
Bij Anna staat dat de percelen van eigenaar 190 komen.
Het is dus geen woningruil: Adriaan was eerst de eigenaar, en nu is dat Anna. De 1e registratie is waarschijnlijk een tijd bijgehouden en zo zijn de wijzigingen vastgelegd. Helaas staat er geen datum bij.
Op Delpher vind ik een vernoeming van 11 november 1817. Het lijkt er op dat hij nog land heeft te Strijbeek, maar ik kan zo niet zeggen of dit onderdeel uitmaakt van de percelen 246 en 247. Later wil ik uitzoeken waar de Reulen-Akker lag, misschien met de boekjes die Christ Buiks gemaakt heeft van de veldnamen van Ginneken en Bavel.
Ook niet of Adriaan een ander eigendom heeft gekocht. Ik heb het in het boekje niet kunnen vinden.
Waarschijnlijk is er een kaart geweest met de perceelnummers, maar die kan Mieke in het archief niet vinden.
Deze inventaris lijkt een voorloper van het latere kadaster te zijn.
Dan ga ik op zoek naar de kadastergegevens van 1811-1832. Adriaan is gestorven in 1831, dus dat wordt twijfelachtig, en ik heb geen idee, waar hij naar toe gegaan is, dus lastig zoeken in de aanwijzende tafels (Aangenomen, dat hij de percelen verkocht heeft, en verhuisd is)
Eerst eens zien of ik de percelen kan terugvinden onder eigendom van Anna Hoppenbrouwers.
Alle tafels van Strijbeek doorloop ik, niets te vinden. Mogelijk was de indeling van 1816 anders dan van 1832. Ik ga zoeken in Galder, sectie G.
Op blad 14, 15 en 16 vind ik haar. Het zijn heel wat percelen. De nummers zijn heel anders dan die van 1816, maar wel in Strijbeek, de Heerstaayse Tiend. Ook wel Heestaden genoemd. De naam Heerstaaien is nog steeds in gebruik, zoals op de kaart hierboven te zien is.
Huis, erf en schuur en hoven zijn de nummers 544 en 545 op het rechtse blad.
Tot de percelen horen ook bouwland, hooiland, wei, hei, schaarbos, en landweg.
Dan zoek ik op de kaart, ben benieuwd, waar ik ze vind.
Wat blijkt, bij perceel 544 staat Hoyedonk. De kronkel bovenin is de Mark. Het noorden ligt rechts.
Bijna alle percelen rondom huis, erf en schuur zijn eigendom van de weduwe Anna Hoppenbrouwers. Ook een aantal percelen ligt meer naar rechts, ofwel iets naar het noorden.
Ik ben nog aan het kijken hoe ik de percelen duidelijk kan aangeven, en of ik deze kaart kan leggen over Google Maps.
Heb al wel de 3 Minuutplannen van Galder als 1 geheel neergelegd, en met Google Maps gemeten waar dan Hoyedonk uitkomt: precies op waar nu Hondenpension Hoogendonck ligt.
Ben wel benieuwd of de naam Hoogendonck iets te maken heeft met Hoyedonk. Een donk is al een iets hoger gelegen plaats. Dus dan is het dubbelop.
Op de aanwijzende tafels staat ook nog een nummer 797, vergelijkbaar aan het artikelnummer hierboven, ofwel een lijst met de bezittingen van Anna. Dat kan ik in het archief met de Kadasterviewer verder. Misschien kan ik daar op naam zoeken op Adriaan Cornelis Meeren, of anders over zijn zoon Joannes Adriaan.
Jan Jan Meeren
Jan Jan Meren is de vader van Cornelis Jan Jan Meren de oude en Cornelis Jan Jan Meren de jonge. Vader is overleden en ook stiefvader is overleden. De 2 kinderen maken de deling en scheiding van de goederen op 15 juni 1535 samen met hun 4 halfbroers.
De stede behoort blijkbaar tot het oud goed van Jan Jan Meren.
De 2 kinderen krijgen nu de helft in bezit, en later, bij het overlijden van hun moeder, de andere helft. De stede is Hoodonc. Links bovenaan, 3e regel, is te vinden: te Hoodonc bij Strijbeeck
Maar waar ligt die dan? Hierboven staat alleen van wie het land ten noorden is, en ten zuiden.
De vestbrief van 1544 is duidelijker. De moeder van de 6 kinderen is overleden.
Hierin staat: westwaarts aan ’s Heeren stroom, ofwel de Mark, en oostwaarts aan ’s Heeren straat, ofwel de weg van Hoogstraten op Breda, ofwel de Strijbeekseweg.
Afbeelding volgt.
Dat komt goed overeen met de plek die we hierboven vonden bij Adriaan Cornelis Meeren.
Het kan in theorie ook zuidelijker of noordelijker liggen, maar een extra argument is de gelijkenis van Hoodonc en Hoyedonk.
De Leege Eijckberg te Bavel
Waar ligt die Leege Eijckberg?
De beschrijving hiervan volgt.